Promotieonderzoek naar herstel van burn out

Promovendus Roald Pijpker van de leerstoelgroep Gezondheid en Maatschappij van Wageningen University onderzoekt hoe Buitenpsychologie bij kan dragen aan het herstellen van jonge werknemers met een burn-out. De samenwerking met de intrinsiek gemotiveerde Buitenpsychologen verloopt heel natuurlijk en soepel.

 

 

Veel onderzoek toont aan dat het zijn in de natuur direct bijdraagt aan onze gezondheid en welbevinden. Het meest recente voorbeeld dateert uit een Brits onderzoeker waar gekeken is naar hoevéél tijd iemand in de natuur moet doorbrengen om een effect op de gezondheid teweeg te brengen. Ze vroegen aan twintigduizend mensen hoeveel tijd ze de afgelopen week in een natuurlijke omgeving doorbrachten en naar hun welzijn. Er is gekeken naar de tijd die is doorgebracht in een bos, park, landelijk gebied of vlakbij het water. Daaruit blijkt dat mensen die minimaal twee uur per week in de natuur doorbrengen veel vaker aangeven dat ze tevreden zijn met hun leven en in goede gezondheid verkeren. Het maakt niet uit of die twee uur aaneengesloten of verspreid over de week in de natuur wordt doorgebracht. Ook de mate van bewegen blijkt niet belangrijk. Simpelweg stilzitten en de natuur in je opnemen zorgt al voor een positief effect.

De positieve effecten van de natuur op onze gezondheid en welzijn worden ook steeds meer gebruikt in de gezondheidszorg. In de Geestelijke Gezondheidszorg (GGZ) laten BIG-geregistreerde psychologen begeleiding steeds vaker in de natuur plaatsvinden. Je kunt je voorstellen dat juist nu steeds meer psychologen de natuur opzoeken; dat is dan een paradoxaal positief effect van de COVID-19 crisis. Tegelijkertijd staat onderzoek naar Buitenpsychologie nog in de kinderschoenen, maar eerste studies suggereren consistent dat ‘natuur als spreekkamer’ voordelige effecten heeft op het herstelproces van de cliënt, het welzijn van de zorgprofessional en dus de kwaliteit van de begeleiding. Maar hoe kun je nu de effectiviteit van Buitenpsychologie en de succesfactoren van deze interventie in kaart brengen? Het promotieonderzoek van Roald Pijpker richt zich specifiek op het beantwoorden van deze vraag om Buitenpsychologie meer op de radar te krijgen binnen de reguliere GGZ.

In zijn eerste twee deelonderzoeken stond onderzoek naar herstel van burn-out, in het algemeen, onder jonge werknemers centraal. Hierbij is niet expliciet gekeken naar de rol van groen, maar wel naar de succesfactoren die het herstel van burn-out kunnen verklaren. Je fysiek en mentaal goed voelen, buiten zijn, signalen die je lichaam geeft leren herkennen en begrijpen, reflecteren op het heden en de toekomst, het hervinden van zingeving, en een gevoel van controle over het herstelproces zijn maar een aantal voorbeelden van hulpbronnen die bijdragen aan het herstelproces. Buitenpsychologie heeft de potentie om deze (tijdelijke) uitgeputte hulbronnen te herstellen en daarmee jonge werknemers weer grip op de situatie te geven en een succesvol re-integratieproces te ondersteunen.

Roald is momenteel in Zürich, bij het Center of Salutogenesis, waar hij een evaluatiemodel ontwikkeld om het effect van Buitenpsychologie en de werkzame kernelementen in kaart te brengen. Hierbij staat de context van Buitenpsychologie (wat gebeurt er), het proces (welke veranderingen vinden plaats) en uitkomsten (wat levert Buitenpsychologie op) centraal. De resultaten van de eerste twee deelonderzoeken geven uiteraard een richting naar de mogelijke processen en uitkomsten. Tegelijkertijd neemt Roald online interviews af met oud-cliënten van Buitenpsychologie en de Buitenpsychologen zelf, om de ervaringen in kaart te brengen en zo de context, processen en uitkomsten beter inzichtelijk te krijgen. Ook worden er expertinterviews afgenomen met onderzoekers uit Noorwegen en Sweden, waar de natuur al sterker is ingebed in het reguliere zorgstelsel. Deze participatieve methode – waarbij inzichten vanuit verschillende invalshoeken elkaar aanvullen – zal uiteindelijk resulteren in een evaluatiemodel op maat.

In 2021 vindt de laatste deelstudie plaats van het promotieonderzoek, waarbij Buitenpsychologie psychologie daadwerkelijk geëvalueerd wordt op effect en onderliggende succesfactoren, met andere woorden, de werkzame kernelementen die bijdragen aan het herstel van jonge werknemers meet burn-out. Waar veel onderzoek zich primair richt op de meerwaarde van Buitenpsychologie voor het herstelproces van cliënten, leggen wij ook het accent op de meerwaarde voor de GZ-psychologen zelf en de begeleiding in zijn geheel. Door deze holistische evaluatie is de kans het grootst om Buitenpsychologie echt op de radar de zetten binnen de reguliere GGZ. In juni 2022 zal het promotieonderzoek afgerond zijn en is iedereen uiteraard welkom bij de verdediging van het proefschrift later dat jaar.

 

 

Onderzoeksteam:

Promovendus: Roald Pijpker, MSc, (Onderzoeker en projectleider, Gezondheid en Maatschappij, Wageningen University)

Copromotor: Dr. Ir. Lenneke Vaandrager (Universitair Hoofddocent, Gezondheid en Maatschappij, Wageningen University)

Comopromotor: Dr. Esther Veen (Universitair Docent, Rurale Sociologie, Wageningen University)

Promotor: Prof. Dr. Maria Koelen (Professor Emeritus, Gezondheid en Maatschappij, Wageningen University)

Heldenverkiezing 2020

De Buitenpsychologen zijn genomineerd voor de Gezonde helden 2020:

Stem voor ons op gezondnu.nl!

Lees meer

THERAPIE IN HET GROEN, DOEN? Een onderzoek naar de voor- en nadelen van wandeltherapie.

Wij hebben Sanne, studente aan de Hanzehogeschool Groningen, mogen begeleiden bij haar scriptie over wandeltherapie. Ze heeft een mooi en overzichtelijk werk geleverd voor de psychologen die als Buitenpsycholoog werken. Het levert suggesties op voor verbetering en doorontwikkeling van dit prachtige werkveld. Voor alle geïnteresseerden die niks of weinig weten van wandeltherapie geeft haar scriptie een diepgaande introductie en kennismaking met dit pioniersveld met al zijn uitdagingen en mogelijkheden.

 

 

Voor u ligt de afstudeerscriptie over wandeltherapie. Ik heb de afstudeerscriptie geschreven vanuit mijn opleiding Toegepaste Psychologie aan de Hanzehogeschool Groningen. De opdrachtgevers voor dit onderzoek waren De Buitenpsychologen. In de loop van mijn studieloopbaan begon ik steeds meer te zoeken naar de verbinding tussen mens en natuur. De Buitenpsychologen hebben ervoor gezorgd dat ik ook mijn afstudeerscriptie binnen dit thema kon schrijven. De Buitenpsychologen wilden dat er meer onderzoek naar wandeltherapie komt en zo konden we iets voor elkaar betekenen.

 

Deze afstudeerscriptie is bestemd voor De Buitenpsychologen en voor iedereen die is geïnteresseerd in Wandeltherapie. De scriptie geeft inzicht in de uitvoering van Wandeltherapie en wat de ervaren voor- en nadelen zijn.

 

Ten eerste gaat mijn dank uit naar Charlotte de Wolff. Zij heeft mij tijdens het schrijven van deze scriptie begeleid. Ondanks mijn privéomstandigheden, heeft zij mij gesteund, begrip getoond en ervoor gezorgd dat ik weer verder kon. Daarnaast wil ik ook Irina en Christel bedanken voor hun begrip en enthousiasme over wandeltherapie. Als laatste wil ik alle (Buiten)psychologen bedanken die hebben meegewerkt aan dit onderzoek en voor het vertellen van de mooie ervaringen.

 

Veel leesplezier!

 

Groningen, 03-06-2020 Sanne Huinink

 

Lees hier de scriptie

De werkdag van…De Buitenpsychologen

De Buitenpsychologen staan in de De Psycholoog! Benieuwd naar onze werkweek?

 

Lees meer.

Artikel “Hup naar buiten!”

Interview met De Buitenpsychologen en hoogleraar natuurbeleving Agnes vd Berg in Gezond NU, editie mei 2019. Lees meer…

Artikel Wandeltherapie in Libelle

De Buitenpsychologen mochten meewerken aan een prachtig en helder artikel over Wandeltherapie. Lees meer..

We wandelen weer: waarom millennials massaal de benen strekken

 

Door: Lotte Philipsen

Integraal overgenomen uit:  KnackWeekend.be

 

Vroeger deden we het voor het ijsje aan het einde van de wandeling, nu om ons hoofd leeg te maken. Millennials slaan massaal aan het wandelen. Soms zelfs met een therapeut aan hun zijde. Wat zijn hun beweegredenen?

‘We zijn van die mensen met wandelschoenen geworden.’ Aan het woord is een vriendin, die tijdens onze jaarlijkse vriendenreis opmerkt dat elk lid van de vriendenkring plots in het bezit is van wandelschoenen. Het jaar voordien doorkruiste een deel van de groep nog de Duitse bergen op sneakers of sandalen. Wat is er aan de hand?

Na een rondvraag bij 20- tot 35-jarigen wordt het duidelijk: millennials wandelen weer. Als kind en tiener moesten onze ouders ons omkopen met lekkernijen, maar nu we zelf de wereld der volwassenen betreden, snappen we plots de aantrekkingskracht van het wandelen als activiteit.

Ik ben bewust beginnen wandelen door ouder te worden. Het besef van de realiteit dringt wat meer door. Net daarom kan het helpen om te gaan wandelen, om alles even op een rijtje te zetten. Als je denkt dat je soms door het bos de bomen niet meer kan zien: ga eens wandelen in het bos. Ik verzeker je dat je de bomen dan wél zal zien. Letterlijk en figuurlijk. (Hamza, 26)

Vroeger gingen mijn vriend en ik vaak op vakantie naar Zwitserland, waar hij lange wandelingen wilde maken en ik liever aan het meer wilde liggen. Tien jaar en drie kinderen later denk ik er wel anders over. Wandelen is een toevlucht geworden in mijn drukke leven. Ik hou er nu van om uren alleen te gaan wandelen. Door het wandelen heb ik ontdekt dat ik eigenlijk een introvert karakter heb. Wandelen betekent voor mij zowel de batterijen opladen als me even kunnen ontladen. (Aster, 33)

Eigen route uitstippelen

Minder prikkels, meer lucht: tijdens een wandeling laten we de rush van de dag even achter ons en kunnen we ademhalen. Op de schoolbanken en op kantoor moeten we in de pas lopen, maar tijdens een wandeling kiezen we onze eigen route. Dat kan gaan van een korte wandeling om de hoek tot een meerdaagse trektocht in de bergen.

 

We raden mensen met depressies, burn-outs en angststoornissen vaak aan om te gaan wandelen.

De Buitenpsychologen

 

Gezondheidszorgpsychologen Irina Poleacov en Christel Westgeest vinden het positief dat millennials aan het wandelen slaan. Enkele jaren geleden bundelden de psychologen hun ervaring in het vak met hun wetenschappelijke achtergrond en liefde voor de natuur. Onder de noemer De Buitenpsychologen geven ze wandeltherapie en leiden ze collega’s op om ook naar buiten te trekken met cliënten. ‘We raden mensen met depressies, burn-outs en angststoornissen vaak aan om te gaan wandelen. Onder het motto practice what you preach zijn we gestart met wandeltherapie.’

Vier jaar geleden sprak ik de Nieuwjaarsresolutie uit om een wandelvakantie met vrienden naar Noorwegen te maken. Ik was namelijk op zoek naar de formule voor de meest ontspannende vorm van reizen. De aanwezigheid van vrienden leek me de doorslaggevende factor, maar eigenlijk bleek wandelen zelf vooral ontspannend. Sindsdien wandel ik graag ter ontspanning en ga ik jaarlijks op wandelvakantie. Ik ben sowieso een sportief type, maar vroeger verkoos ik snellere sporten. Nu is wandelen op zich het doel. (Pieterjan, 33)

#Wandellust

De verhoogde interesse in wandelen bij de Generation Y is ook marketeers opgevallen. ‘Millennials zijn door de band genomen meer geïnteresseerd in ervaringen dan in de opeenstapeling van bezittingen. Dat gaat hand in hand met de terugkeer naar de natuur en levert een generatie af die op haar eigen ritme die natuur ontdekt’, klinkt het bij Ellie Wardle, Marketing Manager van Teva Europe.

Op sociale media passeren beelden van jongvolwassenen op wandel in een adembenemend landschap, in spiksplinternieuwe wandeloutfit en met een brede glimlach op het gezicht. Influencers of modellen prijzen outdoorproducten aan op een manier die de Generation Y aanspreekt, namelijk met mooie beelden in een authentieke setting. En vergeet – oprecht of ironisch – #Wanderlust natuurlijk niet.

Millennials zijn door de band genomen meer geïnteresseerd in ervaringen dan in de opeenstapeling van bezittingen. Wij hebben ons gamma daarop afgesteld.

Ellie Wardle, Teva

‘Een ervaring in de natuur hoeft voor deze generatie niet meteen een high-intensity hike of professionele excursie te betekenen. Het kan zo simpel zijn als een roadtrip naar het platteland of een rustige wandeling met vrienden. We proberen ons gamma daaraan aan te passen. We bieden bijvoorbeeld wandelschoenen en -sandalen aan die gemaakt zijn van erg lichte materialen.’ Slim gezien, want heel wat jongvolwassenen zien het wandelen niet noodzakelijk als sport, maar eerder als een manier om het hoofd leeg te maken. Een zware bergbottine is dan ook niet aan de orde. Wandelen kan iedereen en kan overal.

Ik vond lopen met een podcast best aangenaam, maar mijn rug dacht daar anders over. Wandelen is in dat opzicht een gemakkelijke oplossing. Het behoeft geen voorbereiding: schoenen aan, kleren controleren, podcast opstarten, eventueel je tracking app aanzette en de deur uitwandelen. (Bram, 35)

Samen alleen

Wandelen kan samen, op je eentje in volledige stilte of net met muziek, podcasts of iemand aan de lijn. Het kan een sociale activiteit zijn, maar even goed een moment om even helemaal alleen te zijn. Afhankelijk van hoe je je voelt of wat je doel is, kies je voor een wandeling met of zonder gezelschap. Voor hikers is een zwijgend gezelschap een zegen: je loopt in je eigen cadans, in je eigen gedachten verzonken de berg op en praat pas met elkaar wanneer er gerust wordt. Samen en toch alleen overwinnen bergwandelaars de hoogste toppen.

Goed wandelen gaat enkel met mensen waar je goed tegen kan zwijgen. (Nelis, 23)

Wandelen doe ik om mijn hoofd leeg te maken, andere impulsen op me te laten afkomen en na te denken als onderdeel van een creatief proces. Andere mensen zijn hierbij vaak een storende factor. Tenzij – en dit is erg zeldzaam – je met iemand samen kan gaan trekken met dezelfde mindset: in gespreide slagorde rondtjolen en pas bij het kampvuur ’s avonds van het gezelschap genieten. (Jeffrey, 31)

Niet alleen met een therapeut kan er een goed gesprek op gang komen tijdens een wandeling. Heel wat millennials zweren ook met vrienden en familie bij de mix van zielenroerselen delen en de benenwagen nemen.

Tijdens mijn depressie ging ik alleen wandelen, maar als ik me goed voel, ga ik toch liever in groep, want het is de ideale setting om te praten. (Lene, 26)

Een wandeling is het is het ideale moment om eens een goed gesprek te voeren over diepere en emotionelere zaken. Ik raad iedereen wandelen aan als relatietherapie. (Pieterjan, 33).

Digitale prikkels

Gekozen voor een solitair ommetje? Heerlijk, even de benen strekken en niets doen. Of zal ik toch snel even antwoorden op die ene mail? Of een foto posten op Instagram van het mooie uitzicht? Of gewoon even scrollen langs m’n tijdlijn? ‘Niet doen’, raden De Buitenpsychologen aan. ‘Tijdens onze therapie nemen we zelf soms een foto van een speciale gebeurtenis onderweg, maar we vragen aan onze patiënten om hun smartphone niet boven te halen. Dat verstoort immers de rust. Als je in de natuur bent, wees er dan ook echt aanwezig. Doe het niet voor leuke Instagramkiekjes, maar voor de ervaring.’

Als ik tijdens het wandelen op m’n smartphone zit te surfen, is het doel van de wandeling eigenlijk mislukt, want dan krijg ik toch nog prikkels binnen. Voor mijn werk zit ik al heel de dag op het internet en volg ik de actua op de voet. Dat het niet hoeft tijdens het wandelen is net zalig. (Pieterjan, 33)

Ik probeer bewust niet online te zijn tijdens het wandelen. Ik bel wel met mijn moeder of luister naar podcasts. Er is niets anders als afleiding: gewoon focussen op het gesprek of op de podcast. (Eva, 25)

Thuis of op kantoor is er altijd wel een scherm dat onze aandacht trekt. ‘We hebben per dag uren schermtijd en het brein kan niet meer rusten’, aldus De Buitenpsychologen. ‘Tijdens een wandeling heb je even iets anders op je netvlies en kan je gemakkelijk verbinding maken met jezelf. Schermen en sociale media geven veel ruis. Naast sociale druk en fomo, leiden ze je ook gewoon af. Je brein geraakt vermoeid en overbelast. Net dat deel kan je door middel van beweging laten ontspannen, waardoor het beter gaat functioneren.’

De smartphone kan wel mee op zen-wandeling, maar gebruik hem dan niet om te scrollen, te sharen of te communiceren.

De smartphone kan wel mee op zen-wandeling, maar gebruik hem dan niet om te scrollen, te sharen of te communiceren. Dat zorgt weer voor ruis die je net wil wegfilteren. Wat voor veel millennials wel ontspannend werkt is muziek luisteren of bijleren dankzij een podcast. Tijdens een wandeling nemen we de tijd om te doen waar we anders geen tijd voor lijken te hebben. We creëren een soort bubbel, waar storende prikkels veraf zijn.

Mijn smartphone gebruik ik enkel voor Spotify tijdens het wandelen. Voor de rest gaat mijn mobiele data uit. Vooral omdat ik het gebruik om mijn hoofd leeg te maken en mijn angstgevoelens te verminderen. (Katrin, 31)

Ik doe meermaals per week een walk-and-a-podcast, pakweg tussen de 7 en 10 km. Het combineert een pak goeie dingen – bijleren en geïnspireerd worden door podcasts, maar ook de positieve fysieke gevolgen van wandelen. Een zeer fijne combinatie. (Bram, 35)

Tegen de muren op wandelen

Als millennial verandert het ritme van je leven aanzienlijk. Je krijgt meer verantwoordelijkheden, minder vrije tijd en er is minder marge voor mislukkingen. ‘Alles staat tegenwoordig in het teken van presteren. We moeten altijd de beste zijn, excelleren. Middelmatigheid is geen optie. Bovendien gaat alles sneller en is er ook veel meer keuze dan vroeger. Dat maakt niet automatisch gelukkiger. Bij keuzestress kan het ook deugd doen om even naar buiten te gaan. Dat helpt om te relativeren, om het brein scherp te houden en makkelijker keuzes te maken. Zo voelen de jongeren zich ook terug meer onderdeel van de natuur. Je blik richt zich meer naar buiten toe’, lichten De Buitenpsychologen toe.

Toen ik begon te werken, werd mijn leven plots veel drukker dan voorheen. Zeker de eerste jaren, werkte ik tot vijftig uur per week, en probeerde ik doorheen de week nog veel vrienden te zien en activiteiten te doen. Vanaf dat moment ben ik wandelen niet meer gaan zien als iets saais, maar eerder als rustgevend. Ik heb het wandelen daarnaast ‘herontdekt’ tijdens mijn vorige depressie. In die periode was wandelen een van de weinige dingen die mij doorheen de dag hebben gesleurd. (Lene, 26)

Lees ook: De quarterlifecrisis: ‘Jongeren willen meer erkenning voor wat ze doen’

Vroeger was ik altijd te veel bezig met waar ik heenging. Het voelde eerst wat vreemd om een omweg te doen, omdat ik normaal altijd zo snel mogelijk thuis wil zijn. Nu ik zelfstandige ben en veel thuis werk, merk ik dat wandelen een makkelijke manier is om even te ontsnappen. Ik probeer elke dag een blokje om te doen naast mijn andere dagelijkse activiteiten. Ik reserveer er een tijdslot voor waarin ik echt géén doel heb behalve rondlopen. (Caro, 29)

Het brein neemt de benen

De kracht van de natuur klinkt misschien wat zweverig, maar op gebied van hersenactiviteit heeft die oerkracht wel degelijk een positief effect. ‘Mensen buiten vertellen plots over dingen waar ze zich over schamen. Zo hadden we een millennial die pas over een seksuele stoornis begon te praten toen we buiten waren. Binnen stond schaamte in de weg. Al wandelend kwam dat verhaal er dan toch uit.’

Moeilijke thema’s worden beter bespreekbaar. Ons brein heeft beweging nodig om te kunnen functioneren.

De Buitenpsychologen

 

 

‘Moeilijke thema’s worden beter bespreekbaar: je maakt minder oogcontact, de spanning glijdt van mensen hun schouders af en het is een moment om even goed adem te halen. We hebben vanuit onze wetenschappelijke achtergrond uitgezocht waarom dat zo goed werkt. Eigenlijk is het logisch. Ons brein heeft beweging nodig om te kunnen functioneren, concentreren, maar ook om te kunnen ontspannen,’ klinkt het bij De Buitenpsychologen.

Ik ben eind januari mentaal ingestort. De dokter stelde toen voor om met kleine beloningen te werken. In mijn geval resulteerde dat in wandelingen naar de bibliotheek. Ik volg inmiddels ook wandeltherapie en dat is een verademing. Ik kan me niet meer voorstellen dat ik een uur op de bank bij de psycholoog zou moeten zitten. Het voelt bevrijdend, er staat minder een rem op mijn emoties en ik spreek vrijuit. (Elien, 28)

Onderzoek van Gregory N. Bratman en zijn team toont aan dat wandelen in de natuur piekeren vermindert en hersenactiviteit doet dalen in het deel van ons brein dat gelinkt is aan verdriet, angst en depressie. Het onderzoek ging na of een wandeling van negentig minuten in de natuur een andere impact heeft dan een even lang durende wandeling in een stedelijke setting. De deelnemers werden onderzocht op basis van eigen ervaringen en hersenactiviteit. De researchers concludeerden dat de wandeling in de natuur beter is voor het mentale welzijn en ijveren voor gemakkelijk bereikbare natuurlijke omgevingen in of naast steden.

Lees ook: De kunst van shinrin-yoku

Wandelen als activiteit heb ik een jaar of vijf geleden ontdekt, op een dwingende wijze. Ik zat thuis met een burn-out en de dokter vond het van vitaal belang dat ik zou blijven bewegen. ‘Wandel zeker twintig minuten per dag’, was zijn advies. Sindsdien is het een gewoonte geworden wanneer ik me angstig, triest, zenuwachtig of rusteloos voel(Katrin, 31)

‘Er wordt aangeraden om dertig minuten per dag actief te bewegen. Heel wat mensen sporten dan anderhalf uur in één keer en denken dat ze op die manier genoeg hebben bewogen voor drie dagen. Dat is dus niet zo. Iedere dag genoeg bewegen is belangrijk voor lichaam en geest. Activatie en rust afwisselen is namelijk heel goed voor je brein. Zo geef je je brein de kans om tot rust te komen en klaar te zijn voor de volgende informatiestroom. Stress en adrenaline worden afgevoerd en je hersenen kunnen ontspannen en zich wapenen voor een volgende lading informatie’, leggen De Buitenpsychologen uit.

Dat millennials massaal naar buiten gaan en de zorgen van zich afwandelen is een goede zaak. We worden er fitter, rustiger, vrolijker en creatiever van.

De kop is zwaarder dan de benen

Filosoof Friedrich Nietzsche wist het al, ‘de meest waardevolle gedachten vallen ons te binnen tijdens het wandelen’. Dat blijkt ook uit wetenschappelijk onderzoek. Aan de Standford Universiteit onderzochten ze in 2014 de connectie tussen wandelen en ons creatieve vermogen. De conclusie van onderzoekers Marily Oppezzo en Daniel L. Schwartz was dat wandelen in de buitenlucht – in vergelijking met zitten of wandelen op een loopband – zorgt voor de meest vernieuwende en kwalitatieve creatieve ideeën. Wandelen stimuleert de vrije flow van ideeën en is een simpele oplossing om zowel creatiever uit de hoek te komen en meer fysieke inspanning in je leven in te bouwen. Hoe minder afleiding, hoe origineler bovendien de creatieve ideeën.

Als je voor je werk met ideeën en creativiteit moet bezig zijn, merk je al snel dat inspiratie vinden heel lastig is. Je kan het opwekken door je te concentreren, maar dat werkt niet altijd even goed. Ik heb nogal de neiging om me op te sluiten en heel erg hard na te denken om een nieuw goed idee te vinden. Proefondervindelijk merkte ik dat de beste ideeën kwamen terwijl ik een toertje deed. (Raf, 32)

De wetenschap bewijst: dat millennials massaal naar buiten gaan en de zorgen van zich afwandelen is een goede zaak. We worden er fitter, rustiger, vrolijker en creatiever van. En die beloning achteraf? Die voorzien we nu gewoon lekker zelf.

Meer info over wandeltherapie via debuitenpsychologen.nl

Gezondheid en co

Wandeltherapie zet je brein in beweging
Christel Westgeest en Irina Poleacov geven wandeltherapie. Ze zijn beiden gz-psychologen en vormen samen De Buitenpsychologen. Ze gaan met hun cliënten de natuur in, omdat dat een enorm heilzaam effect blijkt te hebben. Niet alleen je lijf, ook je brein komt in beweging.

Christel: ,,Irina en ik kenden elkaar al als collega’s. We bleken afzonderlijk van elkaar al cliënten mee naar buiten te nemen. Waar de meeste psychologen met hun cliënten praten over dat het goed zou zijn wat meer naar buiten te gaan en in beweging te komen, zijn wij dat echt gaan doen. En daar hebben we elkaar in gevonden, zo’n twee jaar geleden.”

Irina: ,,We merkten dat wandelen een effect heeft dat je niet bereikt als je alleen maar met z’n tweeën in een ruimte zit. Het is echt een aanvulling op onze eigen praktijken.”

Christel: ,,Onze cliënten voelen dat de wandeltherapie werkt; dat het goed is om geactiveerd te worden, in beweging te komen. We lopen met ze op het strand, in het bos of in een park in de stad. We doen ook wel wandelmeditatie; even niks zeggen, gewoon even ‘in je lijf zitten’.

Irina: ,,Mensen zijn heel verschillend qua lopen. Mensen die heel druk en actief zijn, maar eigenlijk overbelast zijn en tegen een burn-out aanzitten, lopen soms heel snel. Die moeten we echt afremmen. We leren hen in beweging te komen op een rustige manier.

Mensen die depressief zijn, somber, moet je juist activeren. Bij een depressie is de drempel hoger om wat dan ook te gaan doen. Je voelt je moe en lusteloos, je hebt geen zin… Dan helpt het enorm als iemand zegt: Ik loop met je mee… Dan voel je je echt gesteund.”

Christel: ,,Mensen met een burn-out of hypersensitiviteit kunnen snel overprikkeld raken en hebben soms echt het gevoel: ‘de wereld is teveel voor mij’. Wij merken dat ook zij buiten tot rust komen. De natuur is heel voorspelbaar: er is veel herhaling in patronen en kleuren, er zit logica in en het is herkenbaar. Dat geeft rust, het brein kan zich ontspannen. Zo kun je afdalen naar je gevoel en er gewoon zijn, in plaats van steeds maar te piekeren en je druk te maken.”

Beide psychologen wandelen op verschillende locaties. Irina: ,,Ik wandel nu veel op de hei, maar ook wel in het Beatrixpark in Amsterdam. Daar is genoeg groen en er zijn altijd rustige plekken te vinden. Als er wel iemand langskomt, zijn we gewoon eventjes stil. Dat zijn we overigens wel vaker; stiltes zijn buiten minder ‘zwaar’ dan in een praktijkruimte waar je tegenover elkaar zit.”

Christel: ,,Ik vind het ook heel fijn om naar het strand te gaan met cliënten, naar Kijkduin bijvoorbeeld. Mensen voelen zich op de één of andere manier ook heel veilig in de natuur. Het contact verloopt heel organisch en brengt een andere energie met zich mee, minder beladen en creatiever. Wandeltherapie doet ook een beroep op je creativiteit als therapeut.”

Frisse wind door je brein
Irina: ,,Cliënten merken zelf ook dat ze positiever zijn na wandeltherapie: ‘ik heb even helemaal geen negatieve gedachten gehad’. Er gaat letterlijk een frisse wind door je brein. Je bent even met iets heel anders bezig geweest. Je bent uiteraard bezig met je therapie, met het gesprek. Maar ook met: wat hoor ik, wat voel ik. Je zintuigen worden anders ingezet, je bent je meer bewust van wat er om je heen gebeurt. Als we even wandelen zonder te praten, merk je dat vanzelf: waar gaat je aandacht nu naartoe. In al z’n simpelheid werkt dit gewoon heel krachtig.”

Wandelen als onderdeel van therapie is niet verplicht. Christel: ,,Ik bied het aan als mogelijkheid. Sommige cliënten vinden het fijn om eerst een paar sessies binnen te houden en later ook naar buiten te gaan, anderen zijn nieuwsgierig en willen het meteen ‘proberen’.” Irina: ,,Bijna tachtig procent van mijn cliënten wil graag naar buiten.”

Irina: ,,We geven het wandelen niet op als ‘huiswerk’. Maar we merken wel dat cliënten vanuit zichzelf ook thuis meer gaan lopen. ‘Het heeft mij geholpen’ is daarbij de leidende gedachte. Of cliënten gaan terug naar de plek waar ik met ze gewandeld heb, omdat dat de plek is waar ze weer even hun gedachten kunnen laten gaan.”

Christel: ,,Hoe lang ze dan lopen, mogen ze natuurlijk helemaal zelf weten. Tijdens de therapie is het meestal zo’n drie kwartier. Soms wordt het een uur. Je gaat als therapeut ook anders met je tijd om dan als je binnen zit. Hoewel je aan het werk bent, voelt dit alsof je ruim de tijd hebt. Een wandeling verloopt heel organisch, als vanzelf maken we de tijd vol. Ik kom zelf ook tot rust, ik kom tot andere oplossingen en mijn cliënten ook; je wordt echt creatiever van buiten in beweging zijn.”

Natuur als spiegel
Christel: ,,Dat komt ook omdat je de natuur kunt gebruiken als spiegel. Een omgevallen boom waar nieuw leven op groeit kan troostend en stimulerend werken, omdat een cliënt dat ziet als metafoor voor haar eigen leven op dat moment. Bovendien kan het makkelijker zijn om eerst over die boom te praten; je praat dan in overdrachtelijke zin over jezelf. De cliënte die ik bedoel, besefte dat op een gegeven moment ook. Ze zei met tranen in haar ogen: ‘Ik heb het over mezelf!’.

Irina: ,,De beweging van het lopen alleen al verlaagt stress en remt negativiteit. Er komt ruimte voor nieuwe inzichten.”

Christel: Wandeltherapie is echt voor alle leeftijden. We merken dat mensen van 25 tot 40 jaar er wel extra open voor staan; zij staan open voor nieuwe dingen en zijn nieuwsgierig. Maar ook met een ouder iemand die aan de knie was geopereerd ben ik naar buiten gegaan. We hebben gewoon vaker op een bankje gezeten. Het buiten zijn helpt gewoon zó goed.”

Irina: ,,Het is wel echt therapie hè, niet zomaar een wandelingetje. Wij als therapeuten moeten vanuit al onze expertise ‘flink aan de bak’ en de cliënt werkt stevig aan zichzelf.”

Therapeuten naar buiten
Irina: ,,Ik zit nu veertien jaar in het vak en in die tijd is het aantal cliënten dat je eigenlijk per dag hoort te zien gestegen van ongeveer 5 naar ongeveer 10. De werkdruk is enorm gestegen en we zien om ons heen dat collega’s zelf praktisch overspannen raken.”

Christel: ,,Wij vinden dat cliënten recht hebben op een gezonde hulpverlener tegenover zich, geen uitgeputte versie daarvan. Dit is een echte win-winsituatie: gezond voor de cliënt en de therapeut. We merken dat collega’s heel nieuwsgierig zijn en dat we echt een inspiratiebron vormen. Het is voor ons echt een missie geworden: therapeuten meer naar buiten.”

Irina: ,,In het voorjaar geven we onze eerste training, deze zit al bijna vol qua aanmeldingen. De training is bedoeld voor elke hulpverlener binnen de GGZ, denk aan psychologen, maatschappelijk werkers, POH GGZ-ers, etc. Elke professional heeft natuurlijk zijn eigen expertise, maar ze zijn nieuwsgierig naar welke werkvormen ze kunnen inzetten als ze buiten zijn met hun cliënten. ,,Dat hebben wij zelf ook door ‘trial and error’ moeten ondervinden: wat werkt wel en wat werkt niet?”

De missie van De Buitenpsychologen: zoveel mogelijk therapeuten opleiden en trainen, zodat over pakweg een jaar in het hele land cliënten in hun eigen regio bij een opgeleide wandeltherapeut terecht kunnen.
Dit artikel verscheen in Gezondheid en co:

www.gezondheidenco.nl

Metro

„Cool, dan zit ik niet met zo’n geitenwollensokkenpersoon en een kopje thee op een kamertje.” De reacties op therapie in de buitenlucht zijn enthousiast en er is veel vraag naar. Vooral bij jongere mensen valt buitenpsychologie in de smaak.

Even relativeren: natuurlijk is de gedachte dat alle psychologen in het geitenwollensokkenhokje te plaatsen zijn, compleet achterhaald. En als je iemand vertelt dat je regelmatig een bezoek aan de psycholoog brengt, wordt daar in de meeste gevallen echt niet meer raar van opgekeken. Zeker in het geval van generatie Y is het hartstikke normaal om in therapie te zijn. Uit een enquête van Metro onder 2000 personen tussen de 18 en 34 jaar blijkt dat 75 procent erover denkt naar een psycholoog te gaan of het al doet.

 

BURN OUT KLACHTEN
Die doelgroep zien psychologen Christel Westgeest en Irina Poleacov vaak voorbijkomen. „Ik zie heel veel mensen tussen de 18 en 34 jaar die een burn out hebben. Een van de dingen die we bespreken tijdens de sessies is lichaamsbeweging. Hierbij gaat het niet over intensief sporten, maar over langzaam in beweging komen”, vertelt Poleacov.

Lees verder na deze advertentie
Dat bewegen kun je zelf doen, maar waarom zou je er niet samen met je psycholoog op uit gaan? Westgeest en Poleacov besloten de therapie van binnen naar buiten te verplaatsen. Dat doen ze beiden al een paar jaar met cliënten in hun eigen praktijken en voor de Buitenpsychologen sloegen ze de handen ineen. Want naar buiten gaan werkt: hup, de natuur in.

„Het is ontstaan in Amerika, een collega die in Central park ging lopen met gestreste Wall Street mensen”, vertelt Westgeest. Er zijn een paar therapeuten die het in Nederland doen, maar het is hartstikke in opkomst. „Je gebruikt gevalideerde behandeltechnieken. Hiervoor spreek je af in een park, bos of strand: je komt buiten en werkt tegelijkertijd aan je klachten.” Westgeest benadrukt dat wandeltherapie niet hetzelfde is als coaching. „Coaches behandelen echt lichtere vraagstukken.”

De locatie is wel van belang, dat is bij voorkeur een rustige en groene plek. „Het is bewezen dat mensen in de stad meer last hebben van psychische klachten door de drukte en het gebrek aan groen. Een korte wandeling in het groen zou al minder stress geven.”

De psychologen merken op dat cliënten dingen meer kunnen beleven in de natuur. Soms worden problemen heel erg tastbaar, dan komt bijvoorbeeld een boom of een plek symbool te staan voor een vraagstuk of een klacht. Daarbij krijgen cliënten eerder het idee dat ze er niet alleen voor staan, dat ze samen met hun therapeut het pad bewandelen. Poleacov: „Ik merk ook dat mensen soms met heel intieme onderwerpen komen, die durven ze in deze setting dan wel uit te spreken.”

 

WIN-WIN SITUATIE
Burn out klachten, depressieve klachten, angst, relatieproblemen, rouwverwerking. De Buitenpsychologen werken met mensen die kampen met allerlei soorten problematiek. Westgeest: „Ik zie veel jongeren met overbelasting. Dat is een tendens waar we niet omheen kunnen, maar er zijn ook veel jonge mensen met zinsgevingsvragen: zit ik op mijn plek, haal ik wel alles uit mijn potentieel? Als ze niet aan de onderliggende verlangens toekomen, ontstaat daar soms weer somberheid uit.”

Dit herkent Poleacov: „Ik zie veel jonge Amsterdamse vrouwen die in dat perfecte Instagram plaatje willen passen, maar zich tegelijkertijd afvragen: wil ik daar echt bij horen?”

Of de drempel lager wordt om psychologische hulp te zoeken als de therapie buiten plaatsvindt? Westgeest: „Dat ervaar ik nu al. Voor mensen die het spannend vinden om contact te leggen en voor jongeren die misschien niet echt zin hebben om naar therapie te gaan is het toegankelijker. Dat vind ik leuk aan millennials, die staan wel open voor minder conventionele ideeën. Ook voor mensen die al van buiten en bewegen houden is het een toegankelijke stap om met wandeltherapie te beginnen. Tegelijkertijd moet het natuurlijk bij je passen.“

„We krijgen nu zelfs heel veel vragen van collega’s: ‘ik zie je de hele tijd lopen. Je post op Instagram, je bent buiten. Dat wil ik ook.’”, vertelt Westgeest. „In het voorjaar gaan we training geven aan collega’s. Onze ambitie is om een kaart van Nederland te creëren met plaatsen waar je buitenpsychologen kunt vinden.”

Een leuke bijkomstigheid voor de therapeuten is dat zij zelf ook in beweging komen. „Het is ook goed voor ons en onze collega’s, zitten is tenslotte het nieuwe roken”, zegt Poleacov. „Practice what you preach, daar word ik blij van.”

 

Dit artikel verscheen in Metro:

www.metronieuws.nl