De natuur helpt mee

Het regende vandaag en de overweging om binnen te gaan zitten met cliënten stak de kop op. Eenmaal buiten en in het park was ik om. Mijn eerste cliënte, ik noem haar Suzanne, liep ontspannen met een groot paraplu op me af. Slecht weer bestaat niet, alleen slechte kleding blijkt maar weer.

In het hoofd

Tijdens het lopen vertelt Suzanne over de afgelopen periode. Ze is een prater en kan heel goed zichzelf en de ander analyseren. Dat weet ze van zichzelf en ze wil dat minder doen.
Minder denken, meer zijn. Minder analyseren, meer voelen en daarbij kunnen blijven.
Ik leid haar langs een klein paaltje die aan de rand van een grasveld staat. Een tijd terug vroeg ik haar hoe ze zich voelde en of ze iets in de omgeving zag wat dat representeerde. Ze koos dat metalen paaltje uit wat onlogisch uit de grond stak. Uit een overvloed aan groen, beweeglijk en  levend spul, sprak dat paaltje haar het meest aan.
Zo voelde ze zich. Klein, onnatuurlijk, niet op haar plaats, verloren. Toen ik haar vroeg hoe ze zich zou willen voelen, wees ze een drinkfontein voor honden aan. Het was een mooi, groot en glanzend ding met een duidelijke functie.
Ze moest er zelf om lachen, maar voelde ook de pijn van zo in haar hoofd en ego zitten, dat ze zich niet met iets levends kon verbinden.

Gevoel

Vandaag voelt ze helemaal niks meer bij het paaltje en drinkfontein. Ze wijst een grote en rechte boom die tussen meer grote en rechte bomen staat, aan. Zo voelt ze zich en zo wil ze zich ook voelen. Autonoom en toch verbonden. Suzanne ziet ook een boom die voor haar stamgezin staat, de man waar ze van houdt en voor haar zelf over 20 jaar. Dat raakt.
Ze ziet de worsteling van haar dierbaren in de manier waarop de bomen opgebouwd zijn.
Ze voelt het verlangen om hen ook mee te trekken naar haar autonome familie van rechte bomen. En ze voelt respect en ontzag voor die enorme en krachtige boom die ze over 20 jaar wil zijn.

Kijken

Ik nodig haar uit om bij haar boom te gaan staan. Dat geeft een heel ander gevoel. Ze ervaart rust en kan de verhoudingen tussen de bomen beter bekijken. Het is zichtbaar hoe ze allemaal naar het licht toe groeien, rekening houdend met elkaar. De gesnoeide takken voelen als ballast wat afgeworpen is om ruimte te maken voor de groei van zichzelf en de ander. Vanuit deze positie ziet ze ook de kracht van haar dierbaren. Ze redden zich op hun manier. Dat hoeft ze nog goed te keuren nog af te wijzen.

Richting toekomst

Als we bij haar toekomstboom staan verandert het uitzicht weer. Ze lijkt minder te denken en meer te observeren. Nieuwsgierig waarnemen hoe de wereld eruit ziet als je zo groot, sterk en stevig geworteld staat. Er zijn nog steeds dierbaren die worstelen, emoties die komen en gaan en het leven dat gebeurt. Kan zij nieuwsgierig en open blijven, geworteld en autonoom het leven aan gaan? Daar is ze steeds meer van overtuigd. En als ze twijfelt, kan ze altijd tussen haar bomenfamilie gaan staan.